Er is een duidelijk verschil tussen het woord
zoemen en het werkwoord lezen. Zoemen betekent gewoon “met verlengde
klankwaarde”. Het is niet omdat zoemen aan bod komt dat kinderen dus gaan
lezen. Dat is een belangrijk onderscheid. Je kan zoemen gebruiken puur auditief
zonder schriftbeeld en dat doen we in schatkist. Je kan zoemen ook gebruiken
bij het lezen. Dat doen we in Veilig leren lezen, tenzij als strategie voor
lezende kleuters. De verwarring bestaat er dus in dat leerkrachten van zodra ze
zoemen zien denken aan lezen terwijl het een werkwijze is en niet a priori de
handeling (zeggen of lezen) bepaalt. Wat ook nog een puntje is: het is niet de
bedoeling in schatkist om na het zoemend zeggen ook het schriftbeeld te tonen
en dan zoemend te lezen. Lezen wil je pas inzetten als kinderen echt kunnen
lezen (dus letters ook in nieuwe combinaties kunnen lezen).
Leren
lezen is een technische vaardigheid die in groep 3 aan de orde komt. In
Schatkist Editie 3 leren we kinderen bewust niet lezen. Onderzoek en praktijkervaringen
laten zien dat het geen goede zaak is om deze vaardigheid in groep 2 expliciet
te willen trainen. Er zijn immers heel wat andere leerlijnen in groep 2 die minstens even belangrijk zijn, zoals mondelinge taalvaardigheid met
begrijpend luisteren en woordenschat, verhaaloriëntatie en verhaalanalyse:
allemaal zaken die het begrijpend lezen positief versterken. Daarnaast
is het erg belangrijk om kinderen gestructureerd en spelenderwijs vaardigheden
aan te reiken die een hele sterke samenhang laten zien met technisch lezen en
spelling, namelijk fonologische vaardigheden en fonologisch bewustzijn. Die
vaardigheden krijgen daarom ook ruime aandacht in de routines rond de letter en
op taaltocht, volledig in doorgaande lijn met Veilig leren lezen, kimversie in
groep 3.
De strategie van “zoemend lezen”
is dus niet aan de orde in groep 1 en 2. Wat wel essentieel is in de
voorbereiding voor technisch lezen, is fonemisch bewustzijn, de vaardigheid om
afzonderlijke klanken in een woord te horen en ze te benoemen. Hiervoor is
“zoemend zeggen” een belangrijke strategie. Door het verlengd uitspreken
van woorden, worden klanken duidelijk ‘hoorbaarder’ voor kinderen, wat het
makkelijker maakt om de klanken te benoemen. Activiteiten bij de routine rond
de letter zijn zo opgebouwd dat kinderen door woorden zoemend te zeggen,
zelf de klanken in woorden gaan horen en tot fonemisch bewustzijn of
klankbewustzijn te komen. Rekken ze bijv. aaaap dan is het makkelijker om “p”
als aparte klank te ontdekken. Omgekeerd kan de leerkracht een woord zoemend
zeggen en kan kind het woord dan nazeggen en de afzonderlijke klanken benoemen.
Het zoemend zeggen is dus een hulpmiddel bij het verwerven van fonemisch
bewustzijn en de auditieve analyse. Zoemend zeggen is in feite een tussenstadium bij het
analyseren van woorden.Hier
komen geen schriftbeelden van woorden bij te pas. Het zoemend lezen,
daarentegen, is een strategie bij het lezen.
Zodra
kinderen zelf spontaan
teken-klankkoppelingen verwerven; en zelf tot lezen komen van woorden
waarin die letters in nieuwe combinaties voorkomen, dan spreken we van lezende
kleuters. Voor deze kleuters kunt u wel met zoemend lezen
werken. Stimuleer hen te lezen met een correct startgedrag waarbij ze de
mondstand klaarzetten en de klanken aanhouden zodat ze in elkaar overvloeien
zonder te hakken; dus zoemend gaan lezen. Voor deze kleuters, kan u na het
verkennen van de klanken in het woord via zoemend zeggen, het overeenkomstige
schriftbeeld van het woord laten zien. Dit woord kunnen ze dan lezen met de
strategie van zoemend lezen. Het is essentieel dat u ook voor deze lezende
kleuters het fonemisch bewustzijn en auditieve analyse verder blijft oefenen
aan de hand van zoemend zeggen en hakken. Deze vaardigheden zijn namelijk
belangrijk voor de verdere ontwikkeling van het technisch lezen en spelling.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten